zondag 8 december 2013

De lat

Ik zit vanavond voor het eerst op mijn nieuwe kamer. Met nostalgische gevoelens, dat wel.

Ooit, lang geleden, toen wij dit huis hebben betrokken, ben ik begonnen op deze kamer.
’t Was de kleinste kamer van het huis (op de wc na dan), en ik werd met boeken en al hierheen verwezen. Ik kan mij niet goed meer herinneren of dit ook uit eigen keus was, of ik geprotesteerd heb… Wat ik wel weet dat de inrichting van dit kamertje mij er toen acuut toe gebracht heeft bij de Gamma een boorhamer te gaan kopen. De Gamma, ja; die was er toen al in Hardenberg, en zat in het gebouw van de melkcoöperatie. Zowel boorhamer als melkcoöperatie zijn inmiddels gesneuveld, de Gamma niet. Die is inmiddels al tig keer verhuisd.

Maar goed, even bij de les: het gaat dus over mijn nieuwe oude kamertje. Het is inmiddels een doorgangskamertje geworden. De Circle-of-Life is hier wezenlijk voelbaar. De verdringing ook.
Eerst kwam ik er in, toen de ene na de andere zoon, en nu zit ik er weer.  De tijd die ik hier niet door mocht brengen was de tijd van verbanning, naar de zolderkamer. En nu die tijd eindelijk voorbij is, zit ik weer op het kleinste kamertje. Op de wc na.
Voor mij hangt het computerbeeldscherm aan de muur.  Links van mij is het raam, waardoor ik de gehele tuin kan overzien. Recht de overkapping in, met de gezellige kerstverlichting van nu…
Achter mij staat de wand geheel volgebouwd met een steigerhouten boekenrek. Geheel gevuld met boeken inmiddels. 1500 kilo zo ongeveer… 

Het toetsenbord, waarop ik dit gezwam tik, staat op het volledig gerenoveerde steigerhouten bureau.
Voor de rest is het chaos. Papier, tijdschriften, rommeltjes, gevonden voorwerpen….
Eén troost. Vanmorgen was het drie keer zo erg. Het steigerhouten stonden strak in het gelid, klaar om samengebouwd te worden tot wat ik van plan was te realiseren: voor het eerst in mijn leven een leeg bureau! Geen frutseltjes en fratseltjes, geen papieren, geen boeken, geen pennenbakken, nee, gewoon leeg! Nou ja, op toetsenbord en muis na….

Commentaar dus, over de frutsels en de fratsels…. ‘Hoer komt je bureau nu alweer zo vol, waar haal je toch al die troep vandaan, doe toch es wat weg, zal ik je helpen…’ En dat is nog maar een uittreksel. Zelfs heeft men al aangeboden de kat op mijn kamer los te laten, omdat dat beestje er wel een gat in zag….
Niemand die ziet dat het vanmorgen drie keer zo erg was. Alleen maar zicht op wat het nu is. Geen verwachting voor de toekomst, alleen maar gebrek aan hoop vanuit het nu.

Ik raak aan de lat. Aan de steigerhouten lat, om precies te zijn, Ik heb nog wel een paar stukken over: beetje bijslijpen, beetje inkorten en dan zijn ze multifunctioneel inzetbaar. Als slaghout, of als poort-afsluiter. Ik kan tenslotte altijd nog door het raam het dak op.


Ik zit vanavond voor het eerst op mijn nieuwe kamer, en het is er een chaos. Gelukkig is Boer zoekt Vrouw zo meteen voor de TV. En als ik die boeren zo zie is er voor mij en mijn nieuwe kamer nog wel wat hoop….

zondag 1 december 2013

Struikelen.


Krimp. Dalende leerlingaantallen. Kleine scholen. Grote scholen. Kleine dorpen. Stadskernen.
Jongensproblematiek. Gedragsproblematiek. Grote klassen. Onderbetaald. Wantrouwen. Leerling-leraar-ratio. Aandacht. Concentratiestoornis. Afrekencultuur. CAO. Onderzoek. Fact free onderwijs.
Lumpsum. Functiemix. Carrièrepatroon.
Aha. Je dacht natuurlijk dat dit een bijdrage in telegramstijl zou worden. Mis; dan had het woordje STOP er vaker in moeten staan.
Ik heb net het vakblad uit. Dit is nog maar tien procent van wat er allemaal behandeld en benoemd werd.  Mensen nog aan toe, als je wilt kun je voor elke theorie het bewijs vinden.

Grote klassen: niet goed voor de kwaliteit. Maakt niet uit, zegt de andere wetenschapper. In Zweden zeggen ze: gemiddelde klassengrootte 25. Maar in Nederland, op de grote scholen, struikel je over de leerlingenpopulatie in je hok. Je kunt (bij wijze van spreken) zelf beter op de gang gaan zitten. Ware het niet dat het er in de klas dan nog drukker van wordt.
Hoe groter de groep, hoe meer gedoe en drukte. Hoe meer gedoe en drukte, hoe minder de concentratie. Tot zover allemaal logisch. Totdat de minister er een onderzoek naar laat doen.
Gek: heb jij dat gevoel nu ook? Dat je de uitslag al weet als de minister het nog moet laten onderzoeken?
met veel gedoe heeft vermoedelijk meer met jou te maken dan met de groepsgrootte.
Zie je wel? Grote klassen, dat kan prima. Fysiek past het, en straks past het onderwijs ook. Als het Passend moet.

Maar dat is niet eerlijk; dat komt door jouw structureel wantrouwen in politiek. Kijk, dat jij een grote groep hebt

Tsja. Als je dat vergelijkt met de omstandigheden waarin een Siamees opgroeit. Kijk maar eens naar de leerling-leraar-ratio. Vier leerlingen in het gezin en één leraar.  Een prima ratio. Maar vier personen die je hoeft aan te leren jou te aaien. Bovendien staan ze zo in de rij  voor zo´n activiteit. Wie heeft er zelfs zo’n aandacht ratio?
Je hoeft nooit vaker dan in vier handen te bijten als het je niet meer aanstaat.
Twee keer miauwen, en er staat al iemand klaar om je van voer te voorzien.
Concentratie, ook zo iets. Een Siamees kan zonder enige moeite voldoende concentratie opbrengen
om, volkomen ontstoord, uren te slapen.
Jongensproblematiek? Daar staat mevrouw ver boven inmiddels. Fact free onderwijs? Cat-free onderwijs, zul je bedoelen.
Krimp: daar heeft zo’n beest absoluut geen last van. Hoe nat het buiten ook was, een half uurtje met het lijf op de kachel, en nog steeds super-ruim in het vel.

Kortom:  een leven als een Siamees! Beter dan zo’n hondenleven in een overvolle klas….

zondag 24 november 2013

Houd de dief

Nog even verder breien op vorige week, waarin ik stelde dat leerkrachten terecht gekomen zijn op de onderste sport van de ladder (net als de politieagent en de verpleegster), en dat dat niet alleen maar komt omdat ‘die ander’ (de onderwijsinspectie, de minister, de manager) de schuld heeft maar dat maar al te vaak de beroepstrots verdwenen is…
Uit onderstaande moet je niet denken  dat ik tijd over had om weer een congres bij te wonen. Bovendien ben ik geen schoolleider, dus ik had er ook niets te zoeken (ik hoor ook maar gewoon bij het voetvolk).

Stel je voor: je woont een congres over pedagogisch leiderschap bij, en de spreker zegt:
“De school van tegenwoordig prikkelt niet langer de nieuwsgierigheid van kinderen en helpt hen niet zichzelf te motiveren. Ze maken van alle leerlingen voorspelbare, uniforme producten. Onderwijs is een doodlopende straat en school is een fabriek met te veel bureaucratische regels en standaardtesten. We stelen de dromen van kinderen! Er moet meer aandacht komen aan persoonlijk leiderschap, passie en creativiteit!”
“Wacht niet op een besluit uit Den Haag, want dan kan je wachten tot je een meterslange baard hebt”.
Gelukkig ook nog iets over mijn aandachtsveld ICT:  “Ook in het onderwijs kun je een technologische revolutie verwachten. Het zou naïef zijn om te denken dat daar alles blijft zoals het is. De helft van de postbodes had met de komst van email ook niet direct verwacht dat dit hun baan zou gaan kosten.”


Dit wordt over jouw vak gezegd, en dus over jou. Zo kijkt de buitenwereld tegen je aan: als iemand die met de verkeerde dingen de verkeerde dingen doet…. Trouwens: niet alleen jij voor de klas, maar gewoon: iedereen die op school werkt…
Nog een citaat: “Weet je hoeveel CITO-toetsen een leerling heeft gemaakt voordat ie naar het VO gaat? Dat zijn er maar liefst 95. Heb lef en durf nee te zeggen tegen de onderwijsinspectie”.
(spreker: Ruud Veltenaar, trendwatcher, filosoof en bevliegeraar)

Genoeg uit de mond van een ander. Je kunt je nu afvragen: maar dit was toch een congres over pedagogisch leiderschap?
Precies! Dus moet het ook wel over jou gaan, toch? Want in je klas ben jij de pedagogisch leider.
(Ik loop nu natuurlijk het risico dat ik van de leider op mijn duvel krijg, maar vooruit, dat hoort bij het risico van het ‘nek uitsteken’….). Lig jij er wakker van als iemand je ervan beschuldigt de dromen van de kinderen, die aan jou zijn toevertrouwd, te stelen?

Mijn vrije Siamees zit me vanuit de Catalpa aan te kijken, met zo’n blik op de kop die wil zeggen: “Je kan
me lekker toch niet pakken…, hi, hi, hi!” Het beest heeft die plek bereikt nu ik het kippengaas van de boomstam heb verwijderd. Twee lagen dik, en het hielp geen barst. Net zo lang heeft ze gewurmd, getrokken en gepeuterd tot ze er over heen kon. Mijn ‘groter en meer’ riep bij haar alleen maar ‘dat zullen we nog wel eens zien’ op.
Zij heeft gewonnen. De inspecteur in mij heeft geprobeerd haar in mijn bureaucratisch spinsel van zogenaamde veiligheid te vangen. De vrijbuiter in haar peuterde net zo lang in het door mij aangebrachte spinsel totdat ze kreeg wat ik niet wilde. En nu heeft de pedagoog in mij het kippengaas verwijderd. Van mij mag ze de boom in.

Ik wilde dat ik zo’n vrije Siamees kon zijn… Wat houdt me tegen? Moet ik aangifte doen van diefstal, of heb ik niet opgelet en mij wat laten ontstelen?

zondag 17 november 2013

Huiswerk voor de BHV

Vraag: hoe zit dat eigenlijk met de zich repeterende kreet dat ‘het moet van de inspectie’? (ter info:
bedoeld wordt de onderwijsinspectie).
Wat moet dan… Het gaat dan steevast over CITO-toetsen, over groepsplannen met stimulerende en belemmerende factoren voor iedereen, over kleutertoetsen en … Je zult maar onderwijsinspecteur zijn tegenwoordig; net zoiets als politieman. In de ogen van het publiek kun je het niet gauw goed doen. Maar PO-coördinerend inspecteur Bijsterbosch stelt dat scholen helemaal niet zoveel moeten van de inspectie; slechts methode-onafhankelijk toetsen: 1 kleutertoets tijdens de kleuterperiode (en dat kan een andere zijn dan de CITO-toets), en vijf methode-onafhankelijke toetsen, in groep 3, groep 4 en groep 6. Op basis van de resultaten daarvan wordt, na drie onvoldoende jaren onderzocht of je een zwakke school bent.
De entree-toets is een voorbeeld van een toets die niet hoeft, maar door scholen zelf ‘misbruikt’ wordt; er wordt hevig voor geoefend in veel groepen 7, terwijl je dan al zeven jaren wijsheid hebt zitten in je LVS. En: van de inspectie hoeft het niet….
In het boek: “Het Alternatief; weg met de afrekencultuur in het onderwijs” zou je vermoeden dat de kritiek op de onderwijsinspectie er nog een sausje overheen krijgt. Voor een deel is dat ook zo, er
wordt dan vooral gewezen naar politici en het voortdurend bijstellen van koers en doel. Maar (en dat is misschien meer tekenend voor wat de schrijvers van het boek stellen): onderwijzers en leraren ontbreekt het aan beroepstrots. Zij hebben zich onderaan de machtspiramide laten zetten (net zoals dat bij politie en zorg ook is gebeurd). En, als de beroepsgroep serieus wil dat het anders moet, dan moet die trots weer terug. Anders gezegd: als je het altijd aan anderen overlaat te zeggen wat kwaliteit is, dan heb je je uiteindelijk laten promoveren tot uitvoerder….
Eh… mag je best eens op reageren.
Moet je mij eens zien zitten, gebogen achter mijn computertje. Voorzichtig tikken mijn vingers op de toetsen. Een zweem van pijn trekt over mijn gezicht. Steeds weer neem ik het pincet ter hand. Verbaasd zit de kat achter mij naar mijn gejerimieer te luisteren, en steeds weer buigt ze zich, als ik verstoord terug kijk, over haar poten en likt haar voetzolen schoon.

Naast mij staat een schoteltje. Keurig net liggen ze, naast elkaar, in het gelid. Steeds als ik er eentje naast leg tel ik ze weer allemaal na. De vijfentwintig is reeds gepasseerd. Elk apart heeft een verhaal te vertellen. Elk apart is ook meer of minder rood getint. Bijzonder zou het zijn als elk er van een blijde gedachte zou oproepen. Helaas: slechts trieste herinneringen en scheldwoorden komen op.
Nog eenmaal loop ik vandaag de trap op. Onderweg, op de trap, tel ik de houtkrassen op de muur, de deuken in de verf.  Ik knip het licht aan op mijn ‘nieuwe studeerkamer-in-aanbouw’, en dan trekt eindelijk weer een vrolijke grimlach over mijn gezicht. Nog een weekje, dan zit het er op. Dan is eindelijk die hele interne verhuizing verleden tijd, zit ieder op een nieuwe locatie, zijn alle kamers-op-verdieping van aanblik en inhoud gewijzigd. Eindelijk zal ik mij dan terug kunnen trekken op een stil en rustig plekje in mijn huis, met overzicht over tuin en veranda. Nog even, en dan voel ik mij op vakantie, zelfs in eigen huis….
Daar liggen ze, nog steeds keurig in het gelid. Het rood is langzamerhand verdonkerd en gedroogd.
Elk met eigen geschiedenis. Vrijdag, zaterdag en (stiekem) ook een deel van de zondag is voorbij gegaan met zagen, timmeren en schuren. Steeds weer staken splinters uit mijn vingers, liep het bloed over hout, vertoonde elk deel sporen van mijn hamer- en zaaggeweld. Alsof het hout je persoonlijk afstrafte voor het gemartel.
Is er ook een inspectie voor boekenrekken? Is er ook een toets ter beoordeling van de zaagkunst?
Wat gebeurt er als ik mijn ton boeken in dit rek neerzet?
Waarom hadden ze in mijn HAVO-tijd toch geen houtbewerking op het rooster staan? Wie was er
toen minister van onderwijs? Gebrek aan opleiding. Waarom moet ik toch steeds bij plank vier of staander drie pas op het idee komen dat andersom werken beter gaat, dat ik nog een cirkelzaag zou kunnen gebruiken, dat een kruiskopschroef rommel is, dat een plank van drie meter lang niet kan buigen (zeker niet als het steigerhout is), dat een boor niet om de hoek kan, dat je een bouwtekening goed moet uitwerken….
En de kat? De kat heeft op vier meter afstand voortdurend staan loeren. En steeds zag ik een blik van verwachting op haar gezicht, als ik luid scheldend weer een splinter uit mijn fysiek weg trok.
Ze moet het hebben geweten: als het boekenrek voor ruim duizend kilo aan boeken klaar is, is er ook voor haar een hoekje over…

Eén troost. In januari 2014 mag ik weer op voor de bhv-cursus. Nou, m’n huiswerk zit er tegen die tijd wel op. En mijn rek ligt er dan wellicht weer af...

zondag 10 november 2013

Crisis


Aan het eind van deze zondag moet ik mij er toe zetten jullie Bronnieuws nog toe te zenden.
Na alle ervaringen van deze dag heeft vermoeidheid wel wat toegeslagen. Kerk- en familiebezoek (uit- en thuiswedstrijd), het behoorde vandaag allemaal tot het programma. En dat alles met een knagende drang in het lijf....

Al enige weken gelden opperde zoon één dat hij er wel wat in zag te verhuizen naar de tweede verdieping (tevens de bovenste verdieping van het huis). Nu roept hij wel eens vaker wat, en daarom liet ik het eerst maar wat bezinken; de waan van de dag en zo.
Helaas hield zoon één vol; na ampel overleg met zoon twee zag ook deze de voorgenomen verplaatsing van zoon één wel zitten, waarschijnlijk uit een geruime mate van eigenbelang. Immers:
- zoon twee zou er een grotere kamer aan overhouden èn,
- niet minder belangrijk, dit was een prima vorm van het scheppen van enige afstand….
Als vervolgens ook moeder-de-vrouw overtuigd raakt van nut, noodzaak en mogelijkheden van de interne verhuizing: ja, dan valt er als man weinig anders te doen dan de oude kleren uit de kast te halen, wat te rollen met spierballen en de schone taak aan te vangen.

Ik kan jullie vertellen dat dit geen pretje is. Is, ja, ik zit namelijk midden in het gebeuren. Nu weet ik wat ik vergeten ben bij de bouw van dit huis: de noodzaak van een vierde kamer op verdieping twee die als een soort doorgangsloods kan dienen. Bovendien kan ik dezer dagen de term ‘totale chaos’ tot in mijn tenen voelen. Wat een bende.
Weet je hoe het voelt als je met het volle gewicht van een kast van 2.20 hoog midden op de trap staat en drager twee moet ineens proesten? Of: wat betekent het als je met een ladenkast trede voor trede afdaalt en er mietert een stuk van een traptrede af waardoor je bijna met kast en al in het trapgat verdwijnt en een acute bijna-dood-ervaring je hart doet stokken? Op dat moment voel je heel even de diepere betekenis van ‘de dood in de ogen kijken’….

Vond de kat het in het begin nog wel spannend om wat rond te struinen in de bezittingen van de familie (wat allengs tot een toenemende onoverzichtelijkheid van volledig door elkaar gehusselde stapeltjes papieren leidde), na het echte begin van de verplaatsing-van-chaos heeft het beest zich niet meer laten zien. Het luie kreng (vergeef me de termen die ik bezig op zondag, het is mij nu ook duidelijk dat op zondagswerk weinig zegen rust, denk maar aan die trap) heeft zich gewenteld in doeken, opgerold als voetbal, en zich de rest van de dag op geen enkele wijze meer beziggehouden met de verhuizing. Nee, zelfs de vraag of ze wellicht nog van dienst kon zijn kwam haar niet over de lippen. Slapen en vreten. En af en toe wat grijnzen....

Hier zit ik, na een dag vol hoogten en diepten. Diep in mijn hart borrelde net de nogal demotiverende vraag op: en wat nu als zoon één straks op zijn achttiende besluit te gaan studeren en het ouderlijk huis (meer of minder tijdelijk) te gaan verlaten? Hoe kijk ik dan terug op deze zondag?
Zoon één is inmiddels redelijk gesetteld op zijn hoge uitzichtspost. De troep is geruimd…
Zoon twee heeft eveneens het grootste deel van de bezittingen verplaatst gezien worden en wentelt zich momenteel in de diepe rust van tevredenheid.

En ik? Moegeslagen ben ik terneer gezegen tussen wat eens mijn spullen leken. Als vijftiger kijk ik om mij heen en vraag mij af: hoe heb ik in vredesnaam ooit enige orde gehad (eerlijk, hè, enige orde)?
En erger: hoe krijg ik tussen nu en kerst weer een plekje voor mijn kerstboompje?

zondag 3 november 2013

'Siamezen aan de slag'


Ik weet niet of je het hebt meegekregen: de onderwijsbegroting is inmiddels in de kamer aan de orde geweest. Als je niet van de details op de hoogte bent: je bent vast niet de enige, want zo door de week heb je het druk genoeg met je eigen besognes. In Den Haag kan men daarom besluiten, immers: heb je ooit 100.000 leraren samen gezien op het Malieveld?
Weet je nog, het akkoord tussen kabinetspartijen, D´66, SGP en Christen[Unie? Extra geld voor onderwijs, anders komt de begroting niet door de Eerste Kamer….
Wel, inmiddels weten we dat de Tweede Kamer wil:
- dat er meer geld uit het extra potje naar PO en VO gaat als het aan de Kamer ligt
- dat Passend Onderwijs koste wat kost daar gaat op 1 augustus 2014, als het aan Sander Dekker ligt
- dat het geld dat bespaard wordt op de studiebeurzen nog helemaal niet voldoende helder is vastgelegd (en dus vermoedelijk weglekt)
- dat de BAPO ter discussie staat
- en dat Kamer en minister het regelmatig niet eens zijn.
Schaterlachend heeft mijn kat zich dit weekend eens gebogen over mijn vakblad, het blad van de Aob. Zelf vind ik het al heel wat dat ik niet langer lid wenste te zijn van de christelijke onderwijsvakbond (dat zegt wat over mij, niet over die bond). Mijn kat heeft zich over dit restverschijnsel uit de tijd van verzuiling en verkettering nooit druk gemaakt. Ze grinnikte laatst al: “Zie je het al voor je? Christelijke Siamezen Club? Het bekt wel lekker, zo’n CSC, maar nee, doe mij maar mooi die Bond van Vrije Siamezen, de BvS.”
Goed, ze zat dus over mijn vakblad gebogen, met een vuile grijns op haar mooi getekende Siamezenkop. Haar poten wreven over elkaar bij het kauwen en herkauwen van termen als Passend Onderwijs, BAPO, salarisschaalverkorting, werkurenberekening, etc etc. De grijns werd steeds breder, tot ze uiteindelijk helemaal in een deuk achterover van de verwarming klapte (waarop ze zich met vakblad had genesteld). Dat was trouwens ook de enige pret die ik er aan had.

Van al die termen en werk die ze met zich meebrengen: daar heeft zo’n vrije Siamees geen last van; het beest is tenslotte geheel op mijn kosten levenslang pensionaris met een prima pakket aan secundaire arbeidsvoorwaarden, incl laptop….
Passend Onderwijs? Een vrije Siamees onderwijst zichzelf?
Werkurenberekening? Dat kan op het kussentje van één poot.
Salarisschaalverkorting? Hoezo, kan ie nog korter dan?
BAPO? Wat is dat? De kat van de buren?

2016. Dat is, als we pech hebben, het jaar van de volgende verkiezingen voor de Tweede Kamer (pech, als Nederland nog zo lang voort moet modderen met zo’n volslagen visieloos en met oogkleppen bekleed kabinet). Thuis is het al onderwerp van gesprek: is er nog een politieke partij waar een docent zich in kan herkennen? Wordt het dan misschien niet eens tijd om met Wifi van gedachten te wisselen over een overstap naar de politiek?

Weet je wat nu zo mooi was? Ze lepelde meteen al de slogan van haar ideale kabinet op:
“Siamezen aan de slag”. Zo spontaan… Ik heb haar meteen mijn stem toegezegd…  
Volgende week meer over schapen en slachtbanken.

zondag 13 oktober 2013

Katse violen

Even vooraf: als je vandaag nieuws over het kattenleven van Wifi verwacht kom je bedrogen uit. Nu de temperaturen zijn gedaald ligt het beest met haar luie lijf in haar bedekende onderkomen voor op bovenop de kachel te loeren. Het luie secreet. Nog te beroerd om een ooglid op te tillen. En ik?

Ik voel me een beetje ziek vandaag. Geen griep, ook niet verkouden, maar een weeïg gevoel van misselijkheid. En ik hoef er ook niet lang over na te denken waar het vandaan komt. Nieuwsgierigheid wordt altijd meteen afgestraft (tenminste bij mij). Ik heb het er vanmiddag van genomen, keek naar het nieuws over westerse wateroverlast en kwam daarna bij een praatshow terecht. En daar begon het geduvel.
Drie keer raden wie er aan tafel zaten. Ja, ja, een paar onbeduidende heren, daarnaast mevrouw de hoofdredacteur van Opzij en last but not least: mevrouw de minister Bussemaker. Het kwaad was al
geschied voordat ik de afstandsbediening van de TV kon vinden. Zet Bussemaker naast de hoofdredacteur van Opzij en je krijgt een acute oprisping van darmkolieken.
Ho, ho, dat is niet juist gezegd. Ik krijg een acute aanval van darmkolieken (je mag tenslotte niet veralgemeniseren, en er zijn ook mensen die het een gewèèèèldige minister vinden). Er zijn er, die echt sterke darmen hebben.

Nou, vooruit, ze heeft dan toch een puntje gescoord. Die mevrouw van Opzij is nog erger; die was ècht boos omdat het politiek akkoord van vrijdag vrijdagavond alleen maar werd toegelicht door mannenbroeders, en dat gaf wel aardig aan hoe ver Nederland op de emancipatorische wereldranglijsten weer is afgezakt. En Bussemaker? Die zei dat ze zich een en ander wel voor kon stellen; zij kwam op een ander moment wel weer aan de beurt. Oké, puntje.
Misschien had die acute aanval ook wel met gedachten van eerder op de dag te maken. Stiekem, ’s morgens bij de koffie, met een nieuw boek op schoot over de afrekencultuur in onderwijsland, schoot de gedachte aan mevrouw Bussemaker en meneer Sander Dekker op een onbewoond eiland door mijn hoofd…. Het kan heel goed zijn dat dat tot de latere pijnen heeft geleid.

Ik moest vandaag (nog steeds met mijn hoofd in dat boek) denken aan de mailtjes die afgelopen weken voorbij kwamen uit personeelskring. Ze sluiten wel aardig aan bij wat er in ‘dat nieuwe boek van mij’ wordt beschreven; alleen, het speelt zich niet alleen af bij kleuters, en er is beslist meer aan de hand dan alleen het toenemen van controle. Voor een deel hebben we die controle aan onszelf te danken (wat er volgt, daar zullen sommigen het vast en zeker niet mee eens zijn).
In die artikeltjes en bijdragen worden bijverschijnselen van vroegtijdig toetsen genoemd, en het is terecht dat er eindelijk weer aandacht komt voor de sprongsgewijze ontwikkeling van kleuters. Dat is wat anders dan zeggen: zie je wel, ik heb het altijd wel gezegd… Dat klinkt als: in de kleuterbouw kan het allemaal wel weer terug naar de jaren zeventig toen er nog geen toetsen-voor-kleuters waren bedacht en kleuters absoluut niet verplicht werden geconfronteerd met letters. Waarom zou dat beter zijn voor een jong kind?
Immers: dat doet toch geen recht aan de stelling dat kinderen verschillend zijn en zich in verschillend tempo ontwikkelen? Wie zegt dat we dat al wisten: dat is mooi. Maar dan mag je ook de vraag stellen hoe het komt dat er in het leerstofaanbod aan kinderen, ook in latere jaren, dan zo weinig tegemoet gekomen wordt aan die verschillen.

Toetsen bij kleuters kan geen kwaad (al heeft structureel en vaak toetsen weinig zin). Toetsen bij oudere kinderen kan ook geen kwaad. Het is niet verkeerd om periodiek eens te meten hoe kinderen er voor staan t.o.v. leeftijdsgenoten.
Wat verkeerd is in het systeem is het misbruik er van om met de resultaten scholen met elkaar te willen vergelijken.
Wat zou het mooi geweest zijn als minister Bussemaker vrijdag ook op dat politieke podium had gestaan. Om ons mee te delen dat zij een einde zou maken aan die afrekencultuur, met de € 600 miljoen die ze net extra gevangen had.
Wat zou het mooi geweest zijn dat zij ons had laten weten dat zij dat boek in één ruk verbijsterd had uitgelezen; zij was tenslotte vorige week degene die het eerste exemplaar in ontvangst mocht nemen. Maar nee, helaas….

Als jij belangstelling hebt? Namens de Stichting Beroepseer (http://www.beroepseer.nl/nl/) is het boek: ‘Het alternatief. Weg met de afrekencultuur in het onderwijs!’ uitgegeven, door uitgeverij Boom.
En als je dan toch bezig bent: het boek ‘De 7 uitdagingen in het onderwijs aan hoogbegaafde kinderen’ (Novilo) is ook de moeite waard. Juist ook omdat er zoveel in staat dat je voor al je leerlingen kunt gebruiken…. Want toets of geen toets: het gaat er toch om dat je er uit haalt wat er in zit?

zondag 6 oktober 2013

Taalontwikkeling


LinkedIn, Twitter, Facebook, Yammer, Hyves, je kent ze wel. Social Media, op z’n Engels gezegd.
Mooie taal, dat Engels. Over een paar generaties spreekt iedereen het hier. Dat kun je zien aan de vloed aan Engelse woorden die onze taal verrijken. Jeans, smartphone, geüpdatet, mailen… En ongewild doe je er zelf ook aan mee….. Behalve in de Nederlandse les. Typisch. De taal verandert. Het taalboek amper.
Gelukkig hebben we de van Dale. Die wil nog wel eens helpen. Enne… de krant ook.

Spreekwoorden en gezegden; ook al zo’n langzamerhand ondersneeuwend gebied. ‘Spijkers op laag water zoeken’, ‘een gegeven paard moet je niet in de bek kijken’ (dat was natuurlijk helemaal mis in de ogen van echte paardenkenners), ‘boontje komt om zijn loontje’…. Hele tekeningen vol op A-3-formaat met daarin verstopte spreekwoorden en gezegden losten we op…
Reden genoeg om er weer aan te beginnen. Ook op dit vlak wordt onze taal met de dag rijker. Een kleine bloemlezing:
- achter het internet vissen                       - van de ipod gerukt
- Joost mag het tweeten                             - ben je nou helemaal besodetwitterd?
- wat gij niet wilt dat wordt geretweet, tweet dat ook een ander niet
- je de K’s niet van het toetsenbord laten tweeten
- wat de boer niet kent dat tweet ie niet
- een facebookje over iemand open doen
Humor, taal en mixer. En dan zeggen ze ook nog dat de digitalisering dement doet worden….
(Je kunt dit alles vinden op twitter, via @modernegezegden)
Nee, dan de kat. Ik vraag me wel eens af of er ook in het evolutieproces van garnaal tot siamees sprake is van taalontwikkeling. Kijk, ik heb geen beeld bij een garnaal die het ‘miauw’ welluidend kan uitspreken, zoals mijn Siamees dat tot een kunst heeft verheven (en dan staat ze nog maar aan het begin van haar carrière). Ik weet überhaupt niet of een garnaal geluid kan voortbrengen. Ik eet ze op, en dan zijn ze meestal al tot zwijgen gebracht.
Waar ergens in het evolutieproces de omschakeling heeft plaatsgevonden? Ik weet het niet. ‘Ze’ zeggen ook wel eens dat ‘iemand de hersens van een garnaal heeft’. Dat geldt in elk geval niet voor mijn Siamees met haar prachtige ‘miauw ‘. Menig wezen op twee benen mag jaloers zijn op het iq van mijn poes, en ook op haar ‘sound’.
Waar dat uit blijkt? Wel, mijn poes twittert niet. Ze miauwt, en doet dat met grote wellevendheid.
Ze ‘zit’ ook niet op Facebook, Hyves of MSN; ze zetelt in haar mand, op de poezentroon of in de tuin, en houdt zich onledig met het op afstand houden van minder begaafde soortgenoten (die van een ander ras, zeg maar). Zij houdt zich niet onledig met getwitter, ze liked niemand en heeft een bloedhekel aan gechat.
Maar om nog even op dat ‘miauw’ terug te komen. Ik heb inmiddels maar eens een berichtje aan RTL gestuurd. Ik bedoel, ik zit nu elke vrijdagavond noodgedwongen te kijken dan wel te luisteren naar The Voice of Holland. Prachtig, al dat talent, maar nu, bij de vijfde serie of zo, heb ik het wel gezien. Iedereen kan nu wel constateren dat het talent zo langzamerhand op raakt (tenzij je natuurlijk op die garnaal lijkt). Ik heb daarom mijn kat opgegeven voor het volgend seizoen. Is het niet voor de Hollandse versie, dan maar voor de Thaise.

zondag 29 september 2013

KInderbijters


Terwijl ik dit schrijf, is op de achtergrond rumoer te horen. Ik vertel er straks meer over, maar eerst wil ik graag wat kwijt over een ervaring uit de afgelopen week. IK kreeg een computer op mijn werktafel, die al een week of zes niet goed bleek te functioneren. Dat kan, ware het niet dat dit een pc was die een juf gebruikte voor het aansturen van een digitaal bord.
Af en toe komt het voor dat het ruim zes weken kan duren voordat zo’n probleemgeval bij mij terechtkomt. In sommige gevallen vindt de betreffende leerkracht dat wel best. Mocht er dan een opmerking komen over dat niet-werken-met-het-bord, dan kan de techniek of de techneut de schuld krijgen en hoef je jezelf niet te verantwoorden… Gelukkig kom ik een dergelijk geval eigenlijk nooit tegen op ‘mijn school’.
In dit geval ging het om een juf die tot de categorie ‘fanatiek gebruiker’ behoorde en uiteindelijk zelf maar de stoute schoenen aantrok. Zij passeerde ‘eigen oplosser’ en belde op. De volgende dag kon ze weer met haar materiaal aan de slag.
Het leerde weer een paar dingen; als leerkracht ben je in een paar jaar tijd behoorlijk afhankelijk geworden van technische dingen, en je dagelijks ritme kan behoorlijk in de war geschopt worden als er ergens een kink in de technische kabel zit. Voor de organisatie moet en kan dat niet anders betekenen dan dat er technische mankracht beschikbaar is. Vooral omdat ict zo langzamerhand één van de factoren is geworden die de kwaliteit van een les bepalen. Misschien betekent dat ook dat je als leerkracht een aantal voor de hand liggende problemen zelf moet kunnen duiden, en in een enkel geval ook oplossen.
Voor een ict-er betekent het dat je niet kunt treuzelen en blijven onderzoeken.
Voor een schoolleider betekent het dat er altijd wat geld op de plank moet liggen om te zorgen dat leerkrachten niet onthand raken.
In mijn observatorium bevindt zich een Siamese poes. Dat mag genoegzaam bekend zijn. Bij dit
beest functioneert alles. Ook als het niet functioneert op de wijze die op prijs wordt gesteld. Dat is misschien ook het enige dat niet echt functioneert bij poes: het snapvermogen. Ergens zit een gedeelte van haar brein op slot. Zo haal ik haar nog regelmatig uit het gordijn, belemmer ik haar nog steeds in het binnenshuis sprinten etc.
Vandaag bedacht ik me dat het niet eerlijk is. De kat mag dan wel niet binnenshuis sprinten, de hamster heeft hier zijn levenswerk van gemaakt. Hij doet dat niet buiten de kooi, al is dat niet uit eigen vrije wil, maar bij gebrek aan het betere bondswerk, zullen we maar zeggen.
Hamster draaft in molen, en het beestje loopt tegenwoordig elke avond de halve marathon. Vervelend is dat in deze de techniek mij ook in de steek laat. Nee, geen internetprobleem, geen losliggende kabels… De as van de molen wenst zich niet te laten smeren, zodat hamster een geluid voortbrengt dat lijkt op het geknars van de wielen van een Haagse tram, op weg naar het Binnenhof.
Met grote regelmaat word ik dan ook aangestuurd om het beest met kooi en al te verhuizen naar de schuur, zodat het geraas daar buiten gehoorsafstand voort kan gaan.

Dat transport is trouwens inmiddels een levensgevaarlijke zaak geworden, evenals het voederen dan wel schoonmaken van de kooi. Het beest bijt. Volslagen onverwacht gaat ie in de aanval. Menig vingerkootje is al voorzien van bijtsporen.
Waarom? Het is ons een raadsel.
Misschien komt het wel omdat het inmiddels een oude hamster is. Een bejaarde hamster met agressieve neigingen… Het beest is ons indertijd aangesmeerd met de boodschap dat een hamster gemiddeld een leeftijd bereikt van net geen jaar. Wel, deze bejaarde bijter is al twee en nog steeds springlevend in de molen….

Laat ze de BAPO maar afschaffen. Ze komen er wel op terug als we vanaf ons vijfenvijftigste kinderen gaan bijten…

zondag 22 september 2013

Learning-on-the-job


Vakliteratuur

Hoop. Dat is een mooi woord dat zegt: morgen is er weer een dag. Wat vandaag niet lukt kan morgen waarheid worden.
Op de studiedag kwam het woord ook voor, zo’n beetje in het kader van de vraag of de deelnemer aan de workshop zich kon herkennen in het beeld van een leerling die aan het begin van een schooljaar met het stempel van een collega binnenkomt. Weet je, zo’n opmerking als: ‘Met Hans wordt het niks, die is nooit bij de les’; is er voor Hans nog een kans? Is er voor Hans nog hoop bij jou? Voelt ie dat ook?

Ik heb ook iets gemist. Nee, het onderwerp op zich was mij op het lijf geschreven; de snel toenemende kennis over ontstaan en werking van het brein kan niet zonder gevolgen blijven in dat vakgebied waar het er om gaat kennis in dat brein aan te brengen en te activeren. Persoonlijk vind ik dat een en ander in mijn vakgebied zwaar onderschat wordt.
De 7 principes van Krachtig Onderwijzen zetten de aandachtsvelden mooi op een rij. Toch? Ik denk dat iedereen wel iets mee heeft kunnen nemen naar eigen praktijk.
Toch heb ik iets gemist, rondom één van de principes. Het ging o.a. ook over de leeromgeving waarin dat leren plaats moet krijgen. Jammer dat dit nu niet verder uitgewerkt werd. Hoe belangrijk het ook is dat een leerling weet wat het doel van de les is, dat de leerling weet wat hij hoe moet doen; hoe belangrijk het ook is dat de leerkracht weet wat het doel van de les is, welke lesstof behandeld moet worden: de omgeving waarin dat allemaal gebeurt is niet de minst belangrijke. Als je van planten of dieren houdt is school vaak niet de meest uitnodigende omgeving. Als technische dingen je aanspreken? Helaas: op de meeste basisscholen kun jij leerling niet je hart ophalen. 3D-dimensionale zaken zijn ver te zoeken als de deur van de school dicht blijft.
Gek, dat de onderwijsinspectie daarvan vaak de schuld krijgt…

Stel je mijn kat eens voor in haar leeromgeving. Het beest is nog geen jaar oud, maar wat een ontwikkeling in die tijd. Van wankelen in het voor haar nieuwe huis nu sluipen door haar
jachtgebied (= elektronisch omheinde tuin). In staat om kikkers het leven zuur te maken (menig amfibie hebben wij al van een wisse dood gered), vijandelijke katten uit haar territorium te weren, vliegen te vangen met razendsnelle bewegingen; binnen loopt ze over de smalste randjes, ligt op toetsenborden, kijkt TV; ziekt in vensterbanken en op de stoffen bank…
Kortom: onze poes vertoont een hoge mate van fysieke activiteit en bewijst bovendien over een bovenmatig ontwikkelde hinderknobbel te beschikken. Waar wijst dat op?
Allereerst natuurlijk op de afwezigheid van inspectie. Geen voorgekauwde training, geen theorie, geen toetsing: gewoon ‘als je niet in één keer goed op de rand van de vijver springt donder je er in’-ervaringen opdoen.
Is alle hoop verloren?


Voor de kat niet. Die heeft in korte tijd een hele schare fans opgebouwd. Wat dat betreft een echte Nederlandse: hoe vervelend je ook doet, hoe onbeschaamd je gedrag ook, je hebt altijd de lachers op je hand. En zo wordt mijn opvoeding van het beest continue ondermijnd.

Of er voor mij nog hoop is? Vast. Ik kreeg dit weekend de vakliteratuur binnen. De bondsbladen, het blad Onderwijsinnovatie van de Open Universiteit (komende week kan ik weer meedoen met een online masterclass rond trends in technologie-gedreven-onderwijs), een magazine rondom hoogbegaafdheid… De week zal weer te kort zijn…

Voor de kat niet. Voor de kat is de wereld om haar heen spelen en leren tegelijk: learning-on-the-job. Voor hoeveel kinderen is dat deze week ook het gevoel?

zondag 15 september 2013

Hond en kat

Het weekend zit er weer op. Tenminste voor de gewone werkenden onder ons. 
Vorige week ging het in mijn blog over arbeidsvoorwaarden. Het CNV heeft immers het
Nationaal Onderwijsakkoord geregeld met de minister, en daar moeten we blij mee zijn…

Gewoontegetrouw kijk ik bij zulke akkoorden altijd even langer naar de gloedvolle betogen van bondsvoorzitter en minister; ik heb namelijk nogal snel het gevoel dat ik bij de poot genomen wordt (een uitdrukking, afkomstig van de Bond van Vrije Siamezen).
Oké, BAPO inleveren… in ruil voor natuurlijk wat mindere emolumenten voor oude mensen… En nog meer echt tot nascholing (al wordt dat op termijn natuurlijk wel een item voor je cv)…
Maar waarom zou je dat willen? Stomme vraag natuurlijk; als je al vier jaar stilstaat, toch?
Maar toch: waarom zou je dat willen? Wees eerlijk: na vier jaar voelt het niet eens als een vorm van waardering toch? Ik bedoel: als je er vier jaar om moet hebben bedelen, en het alleen krijgt als de BAPO wordt ingeruild?

Zaterdagavond zat ik voor de buis. Het gezicht van Buma (fractievoorzitter CDA) kwam voorbij. Hij wilde het wel op een akkoordje gooien met de regeringspartijen, mits er aan een aantal voorwaarden zou worden voldaan. Eén van die voorwaarden: voortdurende bevriezing salarissen in onderwijs.
Zijn argument: als je als regering die salarissen verhoogt en dat alleen maar kunt betalen met het verhogen van belastingen, dan schiet je er toch niet echt mee op. Zit wat in. Het feit dat je salaris al vier jaar niet verhoogt wordt is het ergste niet; maar dat de BTW van 19 naar 21% ging, de accijnzen op brandstof en dranken omhoog ging, de inkomstenbelasting en de sociale premies, de pensioenpremies, de verzekeringsbelastingen etc etc.: daar heb je pas echt last van!
Ik heb het begrepen: als mijn salaris verhoogt wordt kost me dat de BAPO, moet ik dit en moet ik dat, en moet ik ook meer belasting betalen. Als mijn salaris niet verhoogt wordt, blijft de BAPO, maar moet ik komend jaar ook meer belasting betalen (en wie weet wat nog meer).

Wat zouden ze daar bij de Bond van Vrije Siamezen van zeggen? Ik heb het gevraagd.
Het antwoord is eenduidig: “Ik slaap, ik heb recht op pauze.”
Of, als het beestje in de tuin loopt: “Ssst, ik heb recht op ontspanning.”
Of, als het beest zich weer eens ligt schoon te likken: “Staat in de cao: recht op hygiënische werkomstandigheden…”.

Niet één keer heb ik het beest de term ‘werk’ horen gebruiken. Nou ja, één keer. Eén keer, toen ze de eerste twee regels uit het Bondslied voor Vrije Katten zong:
‘Ik leef niet om te werken
en ik werk niet om te leven’.
Het levensmotto van mijn Siamees: ‘Ik slaap, ik vreet, ik lummel, ik slaap, ik vreet, ik lummel’.
Een soort gesprekkencyclus, maar dan in stilte.

Ik snap het; ik mag blij zijn dat ik werk. De meest vernieuwende arbeidsvoorwaarde in de
21-ste eeuw: “Pay your own job…”.


zondag 8 september 2013

OVBS... tekent voor arbeidsvoorwaarden


Hè, hè, eindelijk ligt het weer in de bus, het blad van de bond. Daar staat altijd wel iets in waar je wijzer van wordt. Eens even kijken…. Ruimte voor de jonge docent, gratis vlag op mbo-instelling,
vrij baan voor multimediale leerling, functiemix stagneert… Aha, Nationaal Onderwijsakkoord, dat is interessant… Teken bij kruisje....

€ 700 miljoen erbij. Voor waardering, werkgelegenheid en minder werkdruk. Onderwijsgevenden maken het verschil tussen ‘good’ en ‘great’, onderwijs is de belangrijkste bouwstof die Nederland heeft, BAPO vervangen door een nieuwe regeling die ‘participatie- en kwaliteitsbevorderend’ is; afschaffing nullijn. Oh ja, we gaan ook meer invloed krijgen. Je bent knettergek als je nu niet voor een baan in het onderwijs kiest!!!
Top, mensen; eindelijk weer respect voor ons beroep! Eindelijk is het afgelopen met het kweken van een negatief imago voor onderwijzend personeel, dat slechts geniet van veel vakantie, daar tussenin te beroerd is om te werken en slechts twee verlangens kent: eerst BAPO, en dan met pensioen.

En toch… Toch bekruipt me het gevoel dat we nu weer met z’n allen voor het lapje worden gehouden. Commissie Rinnooy Kan in 2008 versiert 1 miljard euro voor salarisverhogingen, maar onderwijzend personeel staat nu al weer vier jaar stil in salaris (weg ruim een miljard euro aan inflatie); BAPO wordt vervangen omdat de regeling te duur is (vergeten dat we die regeling hebben gekregen in plaats van een salarisverhoging?); in elk geval: na je opleiding heb je nu zo’n vijfenveertig jaren voor de boeg om, onder toenemende werkdruk, ziek thuis te komen zitten (en die 10.000 banen, die verdwijnen door afschaffen BAPO, maakt alles beter betaalbaar).

Eens even kijken wat de AOB zegt van dat prachtige Onderwijsakkoord waar het CNV voor tekent…
Verhoging pensioengerechtigde leeftijd = minder banen voor jonge mensen
Afschaffen BAPO is ontslag voor 10.000 vervangers; leidt bovendien tot hoger ziekteverzuim
Krimp = toenemende werkloosheid = hogere premies voor scholen zonder voldoende compensatie = 500 banen extra, bovenop de 3000 die toch al gaan vanwege krimp.

Nee, dan de Onafhankelijke Bond van Vrije Siamezen, daar kan het CNV niet aan tippen! Akkoord of geen akkoord, deze Bond heeft het prima voor elkaar:
-
verplichte aanwezigheid van verzorgend personeel, verantwoordelijk voor voedsel- en drankvoorziening, en een dagelijkse massage
- verplichte 52-weekse vakantie per jaar
- continue proces van bijscholing in motorische vaardigheden (in het kader van vrije voedselvoorziening)
- een zeer riante VOS-regeling en een premievrij pensioen
- een volledig gegarandeerde, ontslagvrije, levenslange benoeming
- gratis onderdak, volledig onbelast
Waar VOS voor staat? Ben jij nu onderwijzer? VOS = Vrije Oude Siamezen….


Oké, niet klagen. Je hebt een mooi beroep. Zeer afwisselend ook, functiemix. Veel vrij, eigenlijk alleen maar. Dertig van die koters, van autist tot zeer begaafd, van zeer opgevoed tot tlovddtd, prima arbeidsvoorwaarden-tot-aan-de-voordeur, en nooit te klagen over werk….
Maar ja, die baas, hè?

zondag 1 september 2013

Sloopwerk


Vakantie. Het lijkt al weer eeuwen geleden, al is het nog maar een paar weken. Het ritme is zo weer opgepakt. Heeft het geholpen, die reis naar Oostenrijk, de weken op de camping, lekker boeken lezen of tuinieren? 't Is wel een mooie arbeidsvoorwaarde, er even een aantal weken echt tussenuit kunnen.... Als het geholpen heeft, dan was er iets waar het tegen moest helpen; als je dan maar ontdekt hebt waar de remedie voor nodig was.


Nu je weer aan de slag bent, merk je al gauw dat er dingen anders zijn het vorig schooljaar. Kijk eens hoe groot de klassen zijn. Dat neigt al gauw naar argwanende blikken richting werkgever, maar kijk maar eens op AOB om te zien wat er aan de hand is: krimp, langer doorwerken, straks misschien ook nog het afschaffen van BAPO: een opeenstapeling die duizenden banen kost en de vooruitzichten voor wie geen werk heeft erg triest maakt. De crisis treft het onderwijs nog erger dan andere sectoren.
Het is een drukke baan, en je beseft dat je het zelfde werk met minder mensen moet doen (die met elkaar ook nog eens ouder worden). Niet klagen, maar misschien wel eens de consequenties doordenken...


Nog iets, wat sluipend binnenkomt: het respect van kinderen voor volwassenen, of liever het gebrek er aan. Niet luisteren, andere dingen doen dan gewenst, pesterig, grote monden; en als je niet uitkijkt ga je het nog gewoon vinden ook. En als je er als leerkracht (of agent, of ouder, of...) wat van zegt,
Is het helemaal bingo. Want papa of mama komt tegenover maar al te gauw duidelijk maken dat 'hun' kind zoiets nooit doet, en dat je je als leerkracht wel bewust moet zijn van je plek.


'Een mooie baan heb je' (je ziet het de mensen al tijd denken, met beelden van oneindige vakanties) verandert in 'mooi dat je een baan hebt'. Dat is natuurlijk ook zo, maar wat meer collega's om je werk mee te delen zou wel mooi zijn.


Dan kun je toch beter kat zijn. Dat is namelijk een baan die je geheel op je eentje kunt doen (en zijn). Je hebt met niemand iets aan de fiets, ze zetten het voer voor je klaar (omdat ze je zo aardig vinden), er is altijd wel iemand die je wil masseren, ze accepteren je met al je onhebbelijkheden, en je kunt een oneindig aantal uren van je leven besteden aan slapen. Voor jou als kat is het altijd vakantie, en als het geen vakantie is dan heb je BAPO.
Kortom: de arbeidsvoorwaarden zijn top, en het werk is nihil; beter kun je het niet hebben, toch...?


De hormonale problemen van poeslief zijn in de afgelopen week als sneeuw voor de zon verdwenen. Nee, nee, de katers uit de buurt hebben daar niet bij geassisteerd (hoewel ik er eentje gesignaleerd heb die maar al te graag zijn kans had waargenomen). Het is namelijk zo, dat wij de oorzaken van de problemen deskundig uit de kat hebben laten sleutelen. Daarvoor hebben wij het aanbod van diensten van een vrouwelijke dierenarts aangevraagd. Je zult je hier afvragen waarom het woord 'vrouwelijk' is toegevoegd. Dat komt niet omdat wij een vooropgezette hekel hebben aan dierenartsen van het mannelijke soort, maar in dit geval was er toch sprake van behoefte aan wat meer emotionele betrokkenheid.
Nu bleek achteraf van die betrokkenheid niet meer dan 'dat de kat uitzonderlijk had meegewerkt' en 'het beestje een en ander met gemak zou overleven', maar goed, wie het kleine niet eert.... Al binnen één dag na het slopen van de voortplantingsonderdelen bleek ook het kraantje van hormonen bijna uitgedruppeld, dit tot groot genoegen van de verre omgeving die dagenlang niet in eigen tuin had kunnen bivakkeren. En zo bleek afgelopen weekend het aantal buurtbarbeques weer tot oneindige hoogte gestegen. Men zal gedacht hebben: "Daar moet op gedronken worden!"

Nee, ik niet. Geen barbecue, geen bier, geen feest. Heb ik jullie al verteld van de aankoop van een nieuw bedmatras in huize Sybesma? Wel, alras na aankoop van matras 1 bleek de maat van het matras niet overeen te komen met de maat van het bestaande bed. Daarmee stond de aankoop van matras 2 op losse schroeven. Gezien de uiterst aantrekkelijk prijs van matras 1 zou het zonde zijn matras 2 niet aan te kopen. En zo leidde de aankoop van matras 1 tot dat van matras 2 en de, niet geheel ingeplande, aankoop van een totaal nieuw bed, waar matras 1 en 2 in zouden moeten passen. Dat leidde weer tot een discussie over de kleur van het liggende laminaat, en die van de gordijnen. Dit weekend heb ik dan maar een geheel nieuwe laminaatvloer gelegd, afkomstig uit een leegverkoop van een laminaatbedrijf in het Twentse Vriezenveen. Niet alleen de oude vloer is gesloopt, ook ik ben dat. 55 jaar, dan loop je toch echt niet meer met zoveel energie 237 keer de trap op en af als vijftien jaar geleden (tellertje op smartphone, hè).. Maar goed, het ligt, en ik weet weer waar mijn spieren zitten. Deze week kan ik de hele wereld aan. Dat moet ook wel, want eind van de week moet er een vers gebouwd, loeizwaar bed naar boven worden getild. Voor die tijd staat de teller al weer een paar standjes hoger...

zondag 25 augustus 2013

We hebben het hier over de


Het nieuwe schooljaar is van start, de kop is er af. De eerste van 40 werkweken is alweer om, nog maar 39 te gaan… En dan nog al die vakantieweken! Als ik er al aan denk word ik er al moe van…
Daarom sta ik in dit weekend nog in de achteruit. Vier weken geleden (vier is tenminste afzienbaar): ik lig met boek nummer drie op een ligbed naast het zwembad. Parasolletje op, handdoekje over de rugleuning, boek in de hand, slaap in de ogen. Zo, en nu vijf minuten even stil allemaal graag……..
Zo, dat zit er weer op. Klaar voor de nieuwe week. Wat gaan we morgen eens doen?
Deze week is de laatste week van augustus 2013. Pas op, voor je het weet is het al weer 2014. De tijd in mijn observatorium vliegt voorbij. Hoewel… de hamster staat tegenwoordig in de schuur. Daar kan ie in alle rust (onze rust dus) zijn ellenlange wandelingen in zijn Big Wheel maken, zonder dat wij stapelgek worden van het aanhoudend martelend janken van de lagers van dat wiel. Je zou zeggen: vervang die lagers dan, of smeer ze. Maar (tussen ons gezegd en gezwegen) eerlijk gezegd: wij open nog steeds dat ie door dit lawaai op een dag nog eens …. Nou, nee, dat mag je niemand toewensen. Ik vertel jullie wel alvast: de hamster is nu al ruim twee jaar (in Bijbelse termen is dat ‘zo oud als Methusalem’) en we staan dan ook versteld van de levensmoed van dit beestje…

Nee, dan de kat. Die heeft problemen. Toen we van vakantie weerkwamen had het beest net de vrijheid ontdekt; ze had zich namelijk een weg onder een schutting geboord waarna ze vrolijk dagelijks in andermans tuinen rondstruinde. Weg vertrouwen van baas in zijn elektronische omheining. Al die energie voor niets: kat molt alarminstallatie en staat breed grijnzend te dansen bij buren op de tuintafel.
Je kunt je enigszins een beeld maken van mijn gedachten over een Siamees in Hardenberg. In één klap het uitgeruste gevoel van twee-en-een-halve week Frankrijk teniet gedaan; het beeld van zwembad en ligbed vergruizeld.  
En ja hoor: dag één van terugkeer ontvang ik de opdracht om tuinschuttingen van grotere hoeveelheden kippengaas te voorzien. Verdorie. Wat is dan nog het nut van de mega-investeringen in ultramoderne  tuinbeveiliging? Lijdzaam begeef ik mij dus naar de kippengaasleverancier; die vervolgens na mijn verhaal ook met een big smile de nodige vierkante meters kippengaas wenst te leveren. “Met stroomaggregaat?”, vraagt hij er breed grijnzend bij….
Vandaag, nu, als ik dit schrijf, ben ik boos op mezelf. Trouw als ik ben heb ik natuurlijk meteen het kippengaas gespannen, daarbij muggen, vliegen en wespen trotserend. Geen kat die er nog door kan.
Had ik nog maar enige weken gewacht. Was ik maar niet een zo slaafs volgend persoon. Had ik in de vakantie maar een boek gelezen over vrouwtjeskatten. Had ik vroeger maar beter opgelet bij de lessen sexuele opvoeding tijdens de biologielessen….
Tsjonge, jonge, wat kan zo’n beest toch een ongelooflijk lawaai maken, in de hoop op een vriendje uit een nabije tuin. Wat zeg ik, het kreng schreeuwt heel Hardenberg bij elkaar om maar gedekt te worden. Ze is verdorie nog niet eens een jaar oud, maar ze weet nu al waar Abraham (nou ja, Joost) de mosterd haalt…. En wij, stommerds, wij hebben de hele tuin inmiddels dichtgespijkerd met kippengaas zodat er geen kater meer in kan, of poesje er uit. Ik bedoel, dan had dat schreeuwbeest tenminste nog elders in Hardenberg in de tuin kunnen gaan zitten schreeuwen….
Dinsdag: dan wordt ze gesteriliseerd (moet ik het nog uitleggen, stuur dan even een mail terug). Maar ik moet je bekennen: toen ik vandaag nog wat opruimwerk deed in de keuken en het broodmes in handen had…. Gelukkig had ik publiek, anders…. 

zondag 16 juni 2013

Borderline

Het is weer zover, er is onderzoek gedaan. Nee, niet in mijn observatorium, maar in het basisonderwijs. Omdat ik natuurlijk graag de resultaten van dit onderzoek met jullie wil delen, stuur ik de link naar het artikel in Trouw maar mee, zodat je zelf kennis kunt nemen:
(
http://www.trouw.nl/tr/nl/4556/Onderwijs/article/detail/3455854/2013/06/10/Gewone-scholieren-hebben-geen-last-van-zorgleerlingen.dhtml?goback=%2Egde_2027477_member_248628733)
Ik heb het altijd al gezegd: flauwekul, dat kinderen met leer- of gedragsproblemen slecht zijn voor gewone kinderen. Gewone kinderen mogen blij zijn dat ze met klasgenoten met ADHD, ADD,
dyslexie, epilepsie, ODD of autisme in één klas doorbrengen. Uit onderzoek blijkt nu ook dat gewone leerlingen helemaal geen last hebben van zulke klasgenoten. De onderzoeker vermeldt er nog even bij dat dit onderzoek als een soort nulmeting gaat gelden, aan het begin van het passend-onderwijs-traject.
De angst van schoolleiders voor bussen vol met ‘gestoorde’ leerlingen is niet terecht, bovendien beschikt hij/zij over geweldige leerkrachten die er voor zorgen dat al deze kinderen voluit tot wasdom kunnen komen. Hij/zij moet zich schamen voor zoveel gebrek aan vertrouwen in de leerkrachten....


Hier staan volgens mij twee belangrijke dingen.
Allereerst wordt dit beschouwd als een nulmeting. Volgens mij had die al gedaan moeten worden in 1992, aan het begin van het WSNS-traject (voor de jongeren onder ons: Weer Samen Naar School was voor de toen jongere leerkrachten het schrikbeeld van een zondvloed aan probleemleerlingen in hun klassen). Toen hadden we een eerste meting kunnen doen, en hadden we nu geweten of gewone leerlingen last zouden hebben van leerlingen met leer- en/of gedragsstoornissen. Ikzelf kan me uit die periode 1992-2005 nog wel wat leerlingen herinneren die naar mijn bescheiden indruk een storende invloed vertoonden tijdens schooluren.  Maar in elk geval: het is dus niet zo dat gewone leerlingen er last van hebben als Jantje zijn pilletje niet heeft genomen, als Hermientje drie keer per dag neergaat bij een aanval van epilepsie, en Gerrit zo om het uur met een time-out het klaslokaal even uit moet. En dat is allemaal zo omdat jullie geweldige leerkrachten zijn die dit allemaal onder controle hebben.
Het tweede belangrijke punt wat ik hier lees is dit. Als jij (leerkracht) het met deze conclusie niet eens bent omdat jij het in de praktijk anders constateert, dan staat bij deze ook vast dat jij een kwalitatief minder goede leerkracht bent omdat gewone leerlingen in jouw klas wel last hebben van gedrags- en leerstoornissen van anderen.
Ik heb dit weekend daarom een specifieke observatie uitgevoerd bij mijn kat en haar gedragsmatige invloed op haar humane omgeving. De resultaten van dat onderzoek gebruik ik als nulmeting (hoewel ik mij bewust ben van het feit dat ik die nulmeting al had moeten doen in december 2012,
op de dag van aankomst van de poes in huize Sybesma).
Ik kan jullie na de eerste onderzoeksdagen alvast melden dat er in huize Sybesma niemand is die last heeft van de gedragsmatige stoornis van Wifi; deze blijkt op enkele momenten per dag als zij een acute aanval van MCDD en ODD krijgt, zodat zij uitbarst in de 50 meter sprint die eindigt op de leuning van de stoffen bank, waar zij de remmen er volledig inzet en twee centimeter voor de afgrond tot stilstand komt. Niemand heeft er last van, behalve de vrouw des huizes. Zij is onderwijzeres, en ongetwijfeld zal nader onderzoek hier vervelende conclusies voor haar vakbekwaamheid aantonen, ondanks haar uitmuntende score op de vhm.


Ik ga hier trouwens geen gewoonte van maken; als mijn eigen onderzoeken in een blad als Scientific worden gepubliceerd, zoeken jullie het zelf maar even na. Kun je het daar niet vinden, dan wijst dat vermoedelijk op een borderline-stoornis...

zondag 9 juni 2013

Leren en veranderen

Leren en veranderen
Al bestaan kwartjes tegenwoordig niet meer, ze kunnen nog steeds op hun plek vallen, heb ik gemerkt. Vaak heb ik daar het bezinningsmoment van een ander bij nodig. Zo kwam de onderstaande tekst deze week op mijn leerpad:

Leren is het vermogen om open te staan voor nieuwe informatie, en de bereidheid om je die informatie eigen te maken. Daarnaast is het een proces van meer te weten komen over je eigen aandeel in bepaalde situaties.
Basiscompetenties voor leren zijn:
- leergretigheid: nieuwsgierig zijn naar nieuwe inzichten, anders denken, nieuwe domeinen;
- flexibiliteit: loslaten van de eigen oude ideeën, de ingesleten opvattingen en overtuigingen, de oude vanzelfsprekendheden;
- veerkracht: obstakels tegenkomen, botsen, meebewegen, ‘pijn’ ervaren, herstellen en doorgaan, nieuw evenwicht vinden, opnieuw wankelen en een nieuwe balans vinden.


Dat is een hele mond vol. Je kunt de tekst vanuit twee oogmerken lezen: wat heeft het met jezelf te maken, en wat heeft het met je leerlingen in jouw klas van doen?
Eens beginnen met mij zelf. Ik leer graag wat nieuws, maar ben vaak te vlot met een eigen oordeel; dat is een belemmerende factor, want het betekent ook dat ik flexibeler zou kunnen zijn dan ik ben. Aan de andere kant: in mijn eigen werk heb ik wel wat veerkracht nodig, en het heeft nogal even gekost voordat het elastiek voldoende rekbaar was….
Hoe zit dat eigenlijk met een leerling in, zeg es, een groep vanaf groep 5? Herken je de basis-competenties van hierboven? Bij elke leerling in je groep, of maar een enkeling? Als je straks een groep overdraagt aan een collega, welk verhaal geef je mee bij elke leerling? Staat er iets in van die leercompetenties: gretigheid, flexibiliteit en veerkracht? Of ken je de leerlingen daarvoor niet voldoende?
Vind je de basiscompetenties, die hier genoemd worden, in een basisschool van belang? In een Daltonschool?

Mijn kat trekt zich van basiscompetenties niets aan. Voor haar valt er niets te leren. Zij kan. Of niet. Voor niet, dat willen we niet, àls je dat doet dàn… En al gauw hoor je jezelf weer.
haar valt er slechts af te leren. Ik kan je zeggen: ondanks onze voortdurende aandacht is dat een moeizaam proces. En, of we het nu willen of niet: we vervallen hier al gauw in een negatieve toonzetting: dit mag
De kat springt op de rand van de vijver. Zij valt er niet meer in. De kat doet haar behoeften op ‘de bak’; nooit meer ernaast of erop. De kat heeft inmiddels ook geleerd zich niet te laten elektrocuteren. Maar: voor de rest leert zij niet meer. Zij kan het, of zij kan het niet. Ze klimt in bomen en d… er nooit uit. Zij springt op tafel, en als de wiede weerga er weer af als een onzer nadert. De kat zit op het aanrecht, tegen onze wil. Zij krabt aan haar krabpaal (met onze instemming) maar ook aan de bank (tot onze bijzonder grote ontstemming).
Samengevat: het leervermogen van een kat is nihil. Het is en blijft een stom eigenwijs beest. Het beest is fysiek flexibel, mentaal absoluut niet. Het lijf van een kat is zeer veerkrachtig, zoekt veel obstakels op, maar de geest van het beest is vol van eigengereide opvattingen en niet geneigd ingesleten ideeën los te laten. En zij beweegt slechts mee in eigen belang.

Mijn kat is competent, in eigen beleven. En daar verander ik niets aan….

Resteert de vraag:  zijn kinderen als katten (even los gezien van geslacht)?

zondag 2 juni 2013

Siamese vakantie

Morgenochtend sta je er weer: voor je klas met kinderen.  Of niet, omdat je ene BAPO-dag geniet, of ouderschapsverlof, of omdat je ambulant bent. Of ziek. Maakt niet uit, veel mensen denken dat jij er morgen weer bent, voor je klas.

Morgen is het 3 juni. Ik heb even zitten tellen. Weet je dat het nog vijf weken is? Zo, denk je nu, Rein telt al af tot het vakantie is. Mis. Als jij ook al wist dat het vijf weken was heb jij zitten tellen. Niet om af te tellen, maar om te weten hoeveel tijd er nog is om al die dingen te doen die er nog gedaan moeten worden. En dat is nog al wat….
Sportdag – rapporten – afscheidsavond – feestje hier en daar vanwege afscheid – papierwerk – toetsen nakijken en verantwoorden – studies afbreien – schoolreisje – en noem maar op!
Piektijd! Petje af dat je het toch maar weer elk jaar voor elkaar krijgt….

Als je Siamees bent heb je die druk niet. Nooit niet. Als je Siamees bent, hoef je niet te plannen. Een Siamees heeft altijd vakantie. Een Siamees heeft een vast ritme: slapen – beetje eten – beetje klieren in en om huis – veel doen als of – beetje slapen etc. etc. Als je zo’n leven hebt leef je altijd vakantie.

Ik kijk regelmatig naar mijn Siamees; dat moet ook omdat ie immers in mijn observatorium zit. Soms denk ik dat ik beter een ander beest had kunnen kiezen. Tsjonge, wat kun je lui worden van kijken naar een Siamees in de door-de-weekse stand. Dan heb je geen vakantie meer nodig.


Daarom sta ik morgen ook weer paraat. Voor mij geen Siamees bestaan. Gewoon weer aan het werk.

zondag 26 mei 2013

Zin van het leven



Weekend is een uitstekende afwisseling van de werkweek, vinden jullie niet? Al die dingen die je door de week wel zou willen doen, die kun je in het weekend schuldgevoel-loos doen. Niemand die je aankijkt met zo’n blik van ‘heb jij niet iets beters te doen?’ als je in het winkelcentrum op weg bent naar een kopje koffie bij de HEMA bijvoorbeeld… Ja, ja, probeer dat maar eens op een dinsdagochtend… Iedereen die je nakijkt met zo’n blik van ‘wat mankeert er aan dat jij alle tijd hebt voor een kopje koffie bij de HEMA?’

Vanwaar toch dat schuldgevoel dat mij door-de-week zo indringend bijblijft? Gelukkig ben ik niet de enige, want zelfs Loesje heeft er al eens een zeer toepasselijke zin aan gewijd. Nee, nee, ik ontdekte dat niet op donderdagmorgen of maandagmiddag; het was een weekendmoment dat ik met rechte rug voorbij de HEMA wandelde, op weg naar de collega met de A achteraan, de BRUNA. Daar struin ik graag even rond. Alles kun je er kopen; pennen, postkaarten, magazines, boeken èn: agenda’s. Die heb je te kust en te keur, van zeer professioneel tot gevuld met flauwe humor. Die van Loesje trok me aan. Loesje heeft wat. Er staat altijd wel weer wat boeiends in de agenda van Loesje. Loesje heeft wat te zeggen.
Alleen mensen met BAPO of ouderschapsverlof kunnen dat ongestraft doen (herkenbaar aan grijze haren of kinderwagen).
Dit keer trof mij de volgende uitspraak: “Waarom wordt de zin van het leven toch steeds verward met school?” Zie je dat? Volledig aansluitend bij mijn dinsdagochtend-HEMA-gevoel….Gek, hè? Dat iemand zo treffend kan zeggen wat ik op dinsdagochtend meemaak als ik naar de HEMA ga. Want eerlijk: zo voel ik het ook. Zelfs op zaterdagmiddag ben ik dat gevoel niet kwijt. En dan schiet me ook direct de titel van een kinderboek door het hoofd: “Heb jij dat nou ook?” (wie kent dat boek?)
Mijn jongste vraagt zich dat ook wel af. Waarom vindt de rest van de wereld school zo belangrijk? Hijzelf heeft dat probleem niet zo. Er zijn belangrijker dingen in het leven. Potje voetbal, iPod… dat soort dingen.

En als jij op maandagochtend met je klas begint… moet je dan zelf ‘de zin van je leven’ weer koppelen aan school, of kun je met een weekendgevoel de week door….

Als je verwacht dat ik nu in mijn observatorium een en ander in de dierenwereld heb bestudeerd…. Helaas: gebrek aan weekend. Alleen maar even naar de Bruna.

Gelukkig kan ik je meedelen dat er door de week wel eens wat gebeurt buiten mijn schoolse bestaan. Wifi heeft deze week zwemles genomen. Jazeker, geheel uit vrije wil. Geen van de Neanderthalers in en rondom mijn grot heeft zich met de zwemles bemoeid; zij hebben slechts geconstateerd. Dat was ook niet moeilijk, want als de poes des huizes drijfnat binnentreedt terwijl het buiten niet regent, is 1 gauw opgeteld bij nog 1. Bovendien hing er nog een kikkervisje tussen de haren.

Welja, het beest had dorst, en de dichtstbijzijnde drinkplaats was de vijver. Ik heb er niets op tegen dat er
wat water uit die vijver wordt genipt, en het initiatief wordt op zich ook wel gewaardeerd. Maar ja, de omheining van de vijver kent slechts een smalle bovenrand, en wie daar op springt moet wel over een over-the-top-evenwichtsgevoel beschikken. Je begrijpt: dat vergt nog enige oefening. Met iiieeekkkk en aaaiiiikkk kweam het beest dus naar binnen rennen. Schrik in de poten, zeiknat in de vacht, koud tot op het bot.

Sinds die dag leven we met de vraag of zwemdiploma A er ooit nog in zit (zie je wel, altijd weer die schoolse ondertoon). Gelukkig is het apparaat waarmee het tot nut toe is gelukt de kat binnen de omheining te houden niet verdronken. Ook is er gelukkig geen sprake geweest van acute elektrocutie.  En ik ga in het weekend schuldgevoel-loos op zoek naar zwemvliezen voor een poes, bij de HEMA. Neem ik tegelijk ook maar een kopje koffie.