woensdag 29 februari 2012

Vakantie: wat heb ik er naar uitgekeken!

Vakantie: daar kun je zo heerlijk naar uitkijken,  vind je niet? Beelden van uitslapen, ontbijten van ruim een uur, de héle krant  in één keer uit kunnen lezen, uitgebreid tijd voor de hamsters, kinderen en vrouw (niet persé in die volgorde)  lekker lang op de wc zitten: dat alles  flitst in mijn geest voorbij bij het horen van die term:  VAKANTIE!!

Maar, jij en ik: we weten best wel dat dit een geheel vertekend  beeld is. We hebben er allemaal geruime tijd ervaring in en weten hoe de vork  werkelijk in de steel zit… Nee, niet dat ik me nou echt iets van van Bijsterveldt met haar 1040-uren-norm-omdat-Wilders-het-wil en haar –dt aan het eind van haar achternaam of juist niet aantrek (poeh, dat was een mond vol), maar eh…

De eerste vakantiedag slaap ik uit… eh niet. De  jongste moet zich ’s morgens om 07.45 uur vervoegen op de parkeerplaats bij het  voetbalveld, gezien het feit dat er plotseling nog ergens een inhaalwedstrijd is opgeduikeld. Op de eerste vakantiedag sta ik dus met  speciale voorzieningen voor het openhouden van mijn ogen op de
parkeerplaats om, geheel in stijl van dit wereldelftal, de wedstrijd enkele minuten daarna volledig te zien mislukken…. Mijn vrouw en oudste zoon hebben ook  vakantie; drie keer raden waar die zich  bevinden.

Bij thuiskomst, om een uur of tien, vind ik een  gelezen krant. Ik weet niet hoe jullie krant lezen ervaren (ik weet zelfs niet eens of je weet wat een krant is), maar je kunt mijn dag volledig naar de knoppen helpen door me een krant  in handen te drukken die al gelezen is;  zo’n krant die geheel ontdaan is van de juiste volgorde van pagina’s, en waarin je al op pagina drie de botervlekken en broodkruimels van de vorige lezer tegemoet stralen.

Tegen de tijd dat je met ergernis over broodkruimels en alle andere ellende in de wereld de krant uit hebt (het is het zaterdagexemplaar, dus dat duurt even), ligt er naast de kop met verse koffie een lijst met klussen:  boodschappen doen, schuur opruimen, gras kalken en mesten, een verbouwingsplan voor de tuin ontwerpen, blad vegen, zolder opruimen. Het liefst wordt de gehele lijst in deze vakantie afgewerkt.

Vandaag heb ik één van die klussen afgewerkt. In  al die tijd dat ik dit huis bewoon heb ik me hier nog nooit mee beziggehouden. Menig uurtje heb ik er  doorgebracht, het is zo’n plek in huis die je regelmatig bezoekt (zolang anderen  dat nog niet gedaan hebben); een soort hangplek voor de vermoeiden en de  moedelozen…  Het toilet.

Ik geef toe: het was een klus om eer aan te  behalen! De wanden moesten nodig gewit worden (je vraagt je tijdens zo’n klus af  waar ze toch zo van verkleurd zijn).  Als je dan toch bezig bent: de  luchtafvoer er ook maar eens af om schoon te maken (bijna nog erger dan een  afzuigkap in de keuken), de lamp vervangen, kastjes van de wand om af te  stoffen…

Aan het eind van de vakantie zal ik kunnen vaststellen:  één dag heeft in elk  geval tot grote genoegdoening geleid, en ik zal er nog vaak van kunnen genieten, de komende tijd. En als ze me na de vakantie niet met rust laten, dan monteer ik ook nog een extra slot op de deur van het  toilet. Aan de binnenkant...

Heerlijk, dit vak! ’t Was immers alweer  vakantie?

dinsdag 21 februari 2012

Wil iemand mij ook eens onderzoeken?

Heeft iemand dit al eens onderzocht? Waarom willen wij eigenlijk verbinding met het internet? Waarom hangen we rond op Hyves, Facebook, Linked In? Van waar onze zorg over geen mailadres te beschikken? Waarom een mobiel willen hebben... Gek word je er van. Depressief!
Natuurlijk: ik hoor al een paar digibeten roepen. Maar naar jullie luister ik niet, want jullie weten helemaal niet waar dit over gaat. Jullie willen het liefst het hele internet weer afschaffen en weer in je hol gaan zitten.




Door al die dingen, die ik opnoemde, word ik steeds weer (elke dag) geconfronteerd met de meest onzinnige onderzoeksvragen:
- waarom is slechts 2 % van de aardbewoners net zo begaafd als ik?
- waarom wordt iemand eigenlijk politicus?
- waarom schimmelen sinaasappels sneller dan chocolaatjes?
en meer van dat soort totale onzin (ik weet het, dat is een bevooroordeelde persoonlijke mening).

Zo las ik een onderzoek onder de titel: "Hoe kan de schoolleiding de iPad binnen het onderwijs introduceren?" Ik ben een gepassioneerd onderwijs-ict-er. Vertel me dat je met een nieuwe device gaat werken in 'het onderwijs', dan spits ik meteen mijn oren. Ik dus meteen dat onderzoeksverslag openen... Stom, stom! Ik had het nooit moeten doen! Ik had beter moeten weten.. onderzoeksflauwekul. Onderzoekersflauwekul. Ik had het aan de vraagstelling kunnen zien!

Kijk nog eens naar de vraag. Welke sufferd wil dat nu onderzoeken? Dat is toch zo simpel als een aap-is-geen-app?
Koop een doos vol van die dingen, deel ze uit aan de leerlingen en geef ze het wachtwoord van je wifi. Succes verzekerd! Leerlingen blij, Apple blij, schoolleiding blij, ouders blij....

Nou ja, misschien zijn de docenten iets minder blij, met al die appende leerlingen voor hun neus, die meteen hun scheur opentrekken als jij 5 minuten tijdens je les vergeet een app te activeren... Maar daarover niets in dit onderzoek. Een hoop bla-bla over 21ste eeuw en digital natives en zo, maar over inhoudelijk onderwijs? Nee, dat kon ik er niet in vinden.

Een echt broodje app... Nee, soms is een social medium knap a-sociaal voor mijn tere gevoelens.... Kan iemand mij eens onderzoeken?

zondag 19 februari 2012

Wikken, wegen en wreken...

Terwijl ik aan dit stukje begin heb ik een weegschaal in mijn hoofd.  Niet eentje om mijn linker t.o.v. mijn rechter hersenhelft te wegen  (dat resultaat is me allang bekend), maar om af te wegen wat de meerwaarde van een leerkracht in school is. Dat is een gevoelige zaak! Wie van jullie denkt dat ik daarover van alles mooi kan roepen (zo van: die staat toch niet meer voor de klas), die heeft deels gelijk. Voor mij is het meer de gelegenheid om dat wat ik deed nog eens te her-overwegen..

Toevallig heb ik net een stukje gelezen op de Onderwijs-nieuwsdienst, over de oprichting van een Sudbury-school in Nederland. Voor wie niet weet wat dat is: een Sudbury-school is een particuliere school voor 4 tot 18-jarigen, opgericht door ouders, met als kenmerk dat leerling en leerkracht er gelijke stem hebben  (een uit Amerika overgewaaid schooltype). De oprichters van de eerste Nederlandse versie zeggen verder dat ze deze stap hebben genomen, omdat op een traditionele Nederlandse school  ‘kinderen van alles krijgen opgelegd wat niet bij ze past’.


Ik lees wel vaker het nieuws. Daar staat van alles en nog wat in: kwaliteit rekenonderwijs onder de maat, studenten kunnen niet spellen, ouders moeten meer betrokkenheid bij de school tonen, stelonderwijs ondermaats, leerlingen hebben geen historisch besef, kwaliteit opleiding onderwijskrachten slecht, kinderen leren slecht lezen…Je kunt er gemakkelijk uit de kranten van de laatste tien jaar nog twintig zaken aan toevoegen. Daarmee wordt erin gehamerd bij de gemiddelde ‘lezer’  dat het onderwijs geen kwaliteit levert en leerkrachten te weinig in huis hebben. Bovendien laten ze zich als Jan, Piet en Klaas aanspreken en hebben daardoor elk overwicht verloren. En nu staat er dus ook dat datgene wat leerkrachten doen volgens de oprichters van de Sudbury-school van alles is wat niet bij kinderen past. Kortom: een bevestiging van alles wat ‘Den Haag’ vindt.
De leerkracht als de loser en de minkukel van Nederland. En, op het moment dat hij/zij de mond opentrekt, kan dat niet meer anders zijn dan een kreet van iemand die volledig en stelselmatig door ouders, pers, inspectie en politici in de verdediging is gedrukt. Vandaar dat er gezwegen wordt?

Kortom: als er al argumenten zouden zijn die aantonen dat een leerkrachtloze school een onmogelijke exercitie is, verwacht niet dat jouw ideeën daarover buiten de school enige indruk maken. Jouw ideeën zijn slechts zielige bedenksels van een loser, gericht op behoud van eigen baan en ruim vakantie.

Daar zat je natuurlijk niet op te wachten, zo aan het eind van het weekend… Welke reden kun je nu nog bedenken om morgenvroeg aan je dagtaak te beginnen?
Ik weet er wel eentje: pak die lerarenbeurs aan en begin aan een master, zolang het nog kan…

zondag 12 februari 2012

Bikkels en basisscholen...

Het hoeft geen geheim te zijn dat ik wel eens wat vastleg op het net. Zo kwam het dan ook dat mij deze week verontruste collega’s elders uit den lande benaderden met de vraag of ik van mening was dat de leerkrachtloze school een realiteit zou kunnen worden, en of er dan misschien niet dezelfde kaalslag zou plaatsvinden als bij defensie. Geheel in mijn stiel bevestigde ik dat ik dat inderdaad van mening was (zoals dat Friezen betaamt) en dat slechts een Elfstedentocht mij aan het twijfelen zou kunnen brengen.
Ik zie sommigen van jullie al het hoofd schudden. Welk een relatie zou er kunnen bestaan tussen een hypermoderne vorm van onderwijs als die van ‘de leerkrachtloze klas’ en een Elfstedentocht? Ik denk dat je, om dat te kunnen begrijpen, Fries-van-afkomst moet zijn. Natuurlijk zal ik hier een poging doen om jullie het verband te doen zien, maar…  Vooruit: het gjit oan….

Allereerst is er de illusie van een doorsnee leerkracht: ‘zonder mij mislukken de leerlingen’; welk theorieboek in de opleiding hieraan ten grondslag ligt, ik weet het niet, maar het levend bewijs van het tegendeel doet zich met de regelmaat van perioden van 12 tot 20 jaar in Friesland voor in de vorm van steeds een nieuwe generatie schaatsers (schaatsen leer je niet op school) die, geheel zonder kennis van de moderne topografie, een route van 220 km weet af te leggen van Ljouwert naar Ljouwert,  zonder ook maar één moment te aarzelen over de route. De standaard aangeboden topografische kennis in ons Nederlandse onderwijsbestel brengt vele vakantiegangers tot in Zuid-Italië op een dwaalspoor dat zelfs door de beroemde firma Tom-Tom niet kan worden voorkomen, maar door Beerenburg, Bokma en DE gesponsorde echte kerels (en ook de echte vrouwen natuurlijk)  snellen op hoge ijzers via 10 steden 220 kilometers terug naar de plek van vertrek! Voor de beloning die wacht aan het einde doen en kunnen zij alles!

Nu besef ik me dat één voorbeeld-van-bewijs niet echt overtuigend klinkt;  ik zou er net zo over denken. Dus…
- het schaatsen van een Elfstedentocht vergt ijzervreters, doorbijters, bikkels, MANNEN met haar op de tanden en ijs op de kaken. Zulke mannen worden in het softe Nederlandse onderwijs niet gekweekt; èchte mannen vind je immers amper nog voor de klas (ja, dames collega’s, het is niet anders, en voor jullie is dat ook zielig). Die bikkels worden niet gekweekt in de klas maar in de harde alledaagse werkelijkheid buiten de klas (op het Elfstedenijs). Het wordt hoog tijd dat CITO de BIKKELTOETS ontwikkelt!
- niet voor niets zijn multinationals als Douwe Egberts, Bokma en Beerenbrug ontstaan in de rauwe merenstreek waar de Elfstedentocht wordt verreden. Niks goed onderwijs: bikkels hebben brandstof nodig, brandstof kun je maken en daarna verkopen. Voor zo’n proces heb je geen school nodig, maar stokers… en muntenstapelaars!
- ijsdikte meten leer je ook al niet op school. In Friesland worden natuurtalenten geboren; zodra zij op de beentjes kunnen staan meten zij met de wc-bezem in de toiletpot reeds de te verwachten ijsdikte…
Je ziet: er zijn talloze grote en kleine voorbeelden aan te halen.

Toch bespeur ik nog enige twijfel aan mijn heilige geloof in de conclusies van CITO….
Komende week zal ik maar eens extra goed luisteren naar reacties. Ondertussen, heb ik mij voorgenomen, kan ik zo tussendoor, met een Friese kloosterbitter (kleasterborrel) in de ene en mijn plastic Elfstedenkruisje (meer heb ik er niet van kunnen maken, daarom werk ik in een school) in de andere hand eens nadenken over de vraag of en welke tegenargumenten er te bedenken zouden zijn daar waar het gaat om de school-zonder-leerkracht …. Dat wordt een zware week!
Proost…

zaterdag 4 februari 2012

1040-uren-normbesef

Nederland anno 2012

Winter is tegenwoordig  al gauw reden voor het hanteren van  allerlei superlatieven. Voor wie niet weet  wat dat betekent: ik heb het ook maar uit m’n woordenboek. Zodra koning winter  zijn bevroren neus laat zien barsten wij uit in allerlei overdrijvende begrippen  zoals:
- horrorwinter
- strijd tegen de vorst
- code  oranje
 Als taalliefhebber vind ik zulke dingen wel interessant. Ik pak dan ook graag mijn krantje ’s avonds er even bij om, gezeten aan de voet van de warme kachel,  te zien wat er nu weer aan taalkundige ijspegels is gebruikt.
Donderdag jongstleden werd ik er trouwens eerst door op het verkeerde been gezet. Het was bovenstaand rijtje wat ik op de voorkant van mijn krant tegenkwam (op diverse plekken verstopt in de tekst, en alvast gelardeerd met de nodige afschrikwekkende beelden), waarna ik meteen de pagina met de TV-programma’s opsloeg. Dit zou een spannend avondje TV worden! Termen als horror en code oranje sprekend mij enorm aan:  bloed-aan-de-paal, en dat in HD! Prachtig! Borreltje erbij, zakkie chips… zo’n  avondje dus….

Helaas: niets van dat alles op TV… Slechts wat waarschuwende zinnen in het journaal, en wat schitterende beelden van de brandend ondergaande zon. Weg avondje TV. Maar alla, niet getreurd,  vrijdag moet er weer gewerkt worden, dus maar vroeg onder de  wol.

Pas vrijdag begreep ik het! Het vroor die ochtend dat  het kraakte. Vermoedelijk was dat voor een klein deel van de werkende burgers reden om telefonisch melding te doen van niet-startende auto, om zich daarna nog weer eens lekker om te draaien. Anderen vertrokken wel degelijk; wolken benzinedampen waren reeds vroegtijdig te ontdekken (en te ruiken).
Maar het  meest bijzondere volgde later op de dag: het sneeuwde wat. Alarm!! Ga niet de weg op, als het niet hoeft (wie zou dat doen met de huidige brandstofprijzen?). Volslagen chaos binnen enkele uren. Wegen overvol, treinen overvol, stations  overvol… En dat al vanaf twaalf uur ’s middags…Wat een volslagen puinhoop in dit overgeorganiseerde landje! 
Behalve… in het basisonderwijs.

Ooit gehoord van een onderwijzer(es) die, vanwege sneeuwval, de klas in de steek laat en alvast naar huis vertrekt? Geen sprake van! Die mensen staan pal voor hun taak en hun leerlingen. Zij kruipen niet alvast in hun auto. Zij vertrekken pas als de leerlingen veilig naar huis zijn! Zij zijn bereid om ’s avonds tot elf uur op een kil en koud station door te brengen, tot de kleine uurtjes in de file te staan. Zij verlaten hun post niet alvast om stoere praat over de file-uren of overbeladen treinen te kunnen roepen op weekend-parties. Pal op hun post!

Twee dingen vielen me zaterdagochtend op toen ik, met mijn voeten bij de kachel, in mijn krantje geen zinsnede kon vinden van de minister van onderwijs over het verantwoordelijkheidsbesef van leerkrachten (maar goed, daar zijn we al aan gewend).
Maar: er stond ook niets in over al die mensen die op vrijdag zo lekker vroeg van hun werk vertrokken en de file stonden, al vanaf 12 uur; hebben zij geen 1040-uren-norm(besef)?